Nederland kiest in VN-plasticdebat niet voor harde productiebeperking

Den Haag/Genève – Terwijl ruim honderd landen bij de VN-top in Genève pleiten voor bindende afspraken om de productie van nieuw plastic te beperken, kiest Nederland voor een andere insteek. Staatssecretaris Thierry Aartsen (Infrastructuur en Waterstaat) benadrukt in zijn officiële verklaring vooral maatregelen zoals slimmer ontwerp, meer hergebruik en betere recycling – maar spreekt zich niet uit voor een absolute productielimiet.

Recycling en circulaire economie centraal

Volgens Aartsen moeten mondiale afspraken vooral aansluiten bij bestaande Europese en Nederlandse plannen, waarin hergebruik van plastic en inzet als grondstof centraal staan. “Plastic afval hoort niet in de natuur. Veel liever zetten we dit afval in als grondstof voor nieuwe producten,” aldus de staatssecretaris.

Nederland zet in op een wereldwijd juridisch bindend verdrag tegen plasticvervuiling, maar ziet dit ook als kans om het verdienvermogen en de concurrentiepositie van de Nederlandse circulaire industrie te versterken. Door in te zetten op circulair produceren en consumeren wil Nederland minder afhankelijk worden van de import van grondstoffen, en tegelijk een sterke economische positie behouden.

Geen expliciet plafond

In de verklaring wordt wel gesproken over “minder virgin plastic produceren”, maar niet over bindende plafonds of absolute reductiedoelen. Daarmee sluit Nederland zich feitelijk niet aan bij het kamp van landen dat harde productielimieten als kern van het verdrag wil opnemen. Aartsen legt de nadruk op internationale samenwerking om recycling- en hergebruiksystemen op te schalen, in plaats van op het terugschroeven van de wereldwijde productiecapaciteit.

Kritiek van milieuorganisaties

Milieugroepen waarschuwen dat zonder duidelijke productiebeperkingen de groei van plasticproductie wereldwijd onverminderd doorgaat. Met recycling alleen wordt volgens hen hooguit 10% van het plastic daadwerkelijk hergebruikt; het grootste deel belandt nog steeds in het milieu, op stortplaatsen of in verbrandingsovens.

Toch houdt Nederland vast aan een strategie die vooral kansen ziet in het verduurzamen van de keten, niet in het rigoureus afknijpen van de bron. De uitkomst van de top in Genève moet morgen, woensdag 14 augustus duidelijk worden, maar de kans dat Nederland een verdrag tekent om de productie te beperken is nul!